Fosfaatrechten voor jong vleesvee ten ontrechte ingetrokken

Tot het begrip melkvee behoort ook jongvee van vleesvee. Dit heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) bevestigd in zijn uitspraken van 16 april 2019 in drie voorbeeldzaken, waarbij ondergetekende een van de veehouders bijstond.

Situatie

Begin 2018 zijn aan bedrijven, die op 2 juli 2015 melkvee hielden, fosfaatrechten toegekend. Tot het begrip melkvee behoort volgens een definitie uit de Meststoffenwet ook jongvee van vleesvee. De minister vond het bij nader inzien niet wenselijk dat jongvee van vleesvee fosfaatruimte van melkvee in beslag neemt. Onder het mom van ‘onduidelijkheid van de definitie van melkvee’ heeft de minister op 29 maart 2018 aangekondigd dat de fosfaatrechten voor jongvee van vleesvee komen te vervallen. Op 18 juli 2018 heeft de minister de Beleidsregel fosfaatrechten jongvee gepubliceerd. Daarin is bepaald dat tot melkvee alleen behoort jongvee voor de melkveehouderij of dat bestemd is om zoogkoe te worden. Ook is bepaald dat de fosfaatrechten, die zijn toegekend op basis van het jongvee, dat geen melkkoe of zoogkoe is geworden, worden ingetrokken.

Een aantal vleesveehouders heeft tegen de intrekking bezwaar gemaakt en beroep ingesteld. Zij gaven aan dat de definitie van melkvee in de Beleidsregel in strijd is met de Meststoffenwet. Intrekken van fosfaatrechten (die vermogensrechten zijn) op grond van een beleidsregel is niet juridisch niet mogelijk. Ook is geen sprake van ongeoorloofde staatssteun.

Oordeel CBb

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) heeft de vleesveehouders op 16 april 2019 gelijk gegeven. De Beleidsregel van 18 juli 2018 is volgens het CBb in strijd met de Meststoffenwet. De beperkingen in de definitie en de Beleidsregel zijn niet te herleiden tot de Meststoffenwet. Bij de introductie van de definitie melkvee in de Meststoffenwet, toen de Wet verantwoorde groei melkveehouderij in het leven werd geroepen, heeft de wetgever expliciet ervoor gekozen om jongvee van vleesvee ook te laten vallen onder de definitie van melkvee. Dat blijkt onder andere uit de Memorie van toelichting over definitie van melkvee en ook andere parlementaire stukken.

Ook is in het geheel niet gebleken dat de fosfaatrechten voor jongvee van vleesvee verboden staatssteun is. De Europese Commissie heeft bij een oordeel over de staatssteun naar de wet van 29 mei 2017 (invoering fosfaatrechtenstelsel) gekeken, waarin de huidige definitie van melkvee is opgenomen, dus inclusief fosfaatrechten voor jongvee van vleesvee. De Europese Commissie vond deze opzet niet bezwaarlijk. Van ongeoorloofde staatssteun is dus niet gebleken.

Vervolg afhandeling zaken

Na deze uitspraak moet RVO opnieuw op het bezwaar beslissen met inachtneming van de uitspraak van het CBb. Ook bij de andere circa 400 bezwaren moet RVO beslissen op het bezwaar en de fosfaatrechten weer teruggeven.

Gevolgen fosfaatplafond?

De uitspraak heeft tot gevolg dat het jongvee van vleesvee weer fosfaatrechten nodig heeft. Uitgaande van ca 172.000 jongvee voor vleesvee op 1 april 2015 (Bron: CBS) gaat het om circa 2.71 miljoen kg fosfaat.

De vraag is of dat door toekenning van fosfaatrechten aan jongvee van vleesvee dit ten koste gaat van het fosfaatplafond van de melkveehouderij. Dit is mijns inziens niet terecht. Bij de invoering van het fosfaatplafond voor melkvee viel jongvee van vleesvee niet onder de definitie van melkvee. Dit is pas gekomen bij de introductie van de Wet verantwoorde groei melkveehouderij. Omdat het vleesvee pas later tot de definitie van melkvee is gaan behoren, kan de minister mijns inziens niet volhouden dat ook het fosfaat van jongveevleesvee geldt als onderdeel van dit fosfaatplafond.

Wageningen, 17 april 2019

Vindplaats: ECLINL:CBB:2019:139

Jacoline Kroon

Auteur: Jacoline Kroon

mr ir J.M.M. (Jacoline) Kroon

E: jkroon@aens.nl

T: 085 – 48 77 406