Afschrijvingen in relatie tot het bepalen van een draagkracht (juli 2008)

Inleiding

Afschrijvingen zijn er niet voor niets. Voor goederen die in waarde dalen en te zijner tijd vervangen moeten worden, is afschrijving acceptabel. Voor het vaststellen van alimentatie is discussie mogelijk over het tempo van afschrijving gelet op de fiscaal toegestane mogelijkheden van versnelde en/of willekeurige afschrijvingen. Als er geen sprake is van waardedaling kan in het kader van alimentatie-vaststelling correctie nodig zijn. De rechtbank Leeuwarden heeft in een zaak een interessante uitspraak gedaan, LJN AY9349, 4 oktober 2006, over afschrijving op melkquotum in alimentatiezaken.

Casus

In een scheiding waarbij de vrouw zowel om partneralimentatie als kinderalimentatie heeft verzocht, stelt de man zich op het standpunt dat voor het bepalen van de draagkracht van de man rekening moet worden gehouden met de afschrijvingen op het melkquotum. De vrouw voert verweer tegen de afschrijving op het melkquotum en meent dat nog niet vaststaat dat het melkquotum in 2014 wordt afgeschaft.

Afschrijvingen bijgeteld

Tot deze uitspraak rekende de rechtbank in alimentatiezaken voor het bepalen van het netto inkomen van een agrariër de afschrijving op het melkquotum geheel mee als netto inkomen. De afschrijvingen worden beschouwd als een fiscale aftrekpost die voor het bepalen van de draagkracht als verteerbaar inkomen geldt en bijgeteld als netto inkomen.

2014

Al hoewel het nog niet geheel duidelijk is, zullen verdere hervormingen in de landbouw mogelijk leiden tot het loslaten van een melkquoteringssysteem, waarbij het een economisch principe is dat tegen een lagere prijs een nieuw evenwicht zal ontstaan tussen vraag en aanbod op de Europese zuivelmarkt. Als het quotumstelsel wordt afgeschaft, is het quotum niets meer waard. Kennelijk acht geslagen op toekomstig beleid, heeft de rechtbank Leeuwarden een nieuwe rekenwijze uitgestippeld met betrekking tot afschrijvingen van melkquotum.

Rekenwijze

Er wordt uitgegaan van de boekwaarde van het aanwezige quotum aan het einde van het meest recente boekjaar, welke boekwaarde wordt gedeeld door het aantal jaren dat nog resteert tussen het afgesloten boekjaar en 2014. Het bedrag dat hieruit volgt, is de daadwerkelijke afschrijving per jaar. De fiscale afschrijvingen worden verminderd met de daadwerkelijke afschrijvingen per jaar. Het resterende bedrag wordt netto bijgeteld bij het netto jaarinkomen. Zodoende hanteert de rechtbank naar redelijkheid en billijkheid een (nieuw) te volgen uitgangspunt bij het hanteren van afschrijvingen op quotum. Voor het geval het beleid ten aanzien van het afschaffen van het melkquoteringssysteem zich onverhoeds wijzigt, kan met een beroep op artikel 1:401 BW wijziging van de vastgestelde alimentatie aan de rechter worden verzocht.

Dit artikel is tot stand gekomen in samenwerking met mr ir Wilma de Jongh, gecertificeerd NMI-mediator en advocaat, werkzaam bij A&S Advocaten te Wageningen,

Wilma de Jongh

Auteur: Wilma de Jongh

mr ir W. (Wilma) de Jongh

E-mail: wdejongh@aens.nl

T: 085 – 48 77 405