Verjaring van een legaat

Een legaat is een bepaling in het testament van de overledene. Daarin laat de overledene een bepaald geldbedrag of goed na aan een bepaald persoon, de legataris. Het legaat is opeisbaar na het overlijden van de erflater, in geval van een geldsom is dat pas na zes maanden. De legataris is niet altijd op de hoogte van het legaat in het testament, waardoor hij het legaat niet opeist.

Na twintig jaren verjaart de vordering tot afgifte van het legaat. De verjaringstermijn is strikt. De verjaringstermijn blijft in uitzonderlijke gevallen buiten toepassing wegens de redelijkheid en billijkheid. Zodra de legataris bekend wordt met het overlijden van erflater, moet de legataris vaststellen of er een testament is door het Centraal Testamentenregister te raadplegen. Ook wanneer een erfgenaam (tevens een mogelijke legataris) een ander machtigt de nalatenschap af te wikkelen, is het raadzaam om zelf het testament te lezen en het bestaan van eventuele legaten te checken.

Wat speelde er?

In het arrest van de Hoge Raad van 23 april 2021 speelde namelijk het volgende. Opa en oma hadden een boerenbedrijf. In 1955 is opa overleden en in 1986 is oma overleden. Zij liet twee dochters en een zoon achter. Haar testament bevat legaten waarin is bepaald dat aan allebei haar dochters ƒ 100.000 toekomt. De drie kinderen zijn ieder voor 1/3e deel erfgenaam. Dochters hebben zoon gevolmachtigd om de nalatenschap af te wikkelen. In 2004 is zoon overleden. Hij liet zijn vrouw en twee kinderen achter.

In 2014 ontvangen dochters van de weduwe het testament van oma. Dochters zeggen dat zij niet wisten dat oma een testament had opgesteld. Zij starten een procedure tegen de weduwe van zoon en vorderen elk ƒ 100.000, omgerekend € 45.378,02. De weduwe doet vervolgens een beroep op verjaring van de aanspraak op de legaten op grond van art. 3:306 BW.  De rechtbank en het hof hebben het beroep op de verjaring afgewezen. De Hoge Raad oordeelde anders. Volgens de Hoge Raad is de verjaringstermijn gaan lopen op het moment dat dochters wisten dat oma is overleden en niet pas toen zij in 2014 het testament ontvingen. Zij hadden het Centraal Testamentenregister (CTR) moeten raadplegen. Door verjaring maken zij geen aanspraak op de legaten.

Raadpleging CTR

Bekend worden met een legaat door het raadplegen van het CTR klinkt eenvoudiger dan het is. Over de inhoud van een testament is namelijk niets bekend bij het CTR. In het CTR staat geregistreerd wie een testament heeft opgemaakt, op welke datum en bij welke notaris. Als er geen testament is, is er geen legaat. Als uit het CTR blijkt dat er wel een testament is, kan bij de beherend notaris inzage in het testament worden gevraagd. Erfgenamen en legatarissen zijn bevoegd tot inzage op grond van art. 49 lid 2 Wet op het notarisambt. In deze zaak was het voor de dochters dus eenvoudig om kennis te nemen van de inhoud van het testament.

Voor een niet-erfgenaam die niet weet of hij een legataris is, ligt dat anders. Diegene kan de notaris verzoeken om inzage in het testament voor eventuele legaten. Daar zijn kosten aan verbonden. Als de notaris geen inzage geeft, weet diegene in beginsel op die manier dat er aan hem geen legaat toekomt. Als de notaris inzage geeft in een deel van het testament waaruit het aan hem toekomende legaat blijkt, weet diegene dat hij een legataris is. Overigens moeten de erfgenamen en de executeur de legataris informeren over het legaat op grond van art. 4:119 BW.

Tip

Ik adviseer erfgenamen altijd kennis te nemen van het testament, ook als zij de nalatenschap laten afwikkelen door een ander. Wanneer u vermoedt dat de erfgenamen u niet de informatie geven waar u recht op hebt, kijk ik graag met u naar uw mogelijkheden.

 

Heeft u vragen of opmerkingen? Bel of mail gerust.

Wilma de Jongh

Auteur: Wilma de Jongh

mr ir W. (Wilma) de Jongh

E-mail: wdejongh@aens.nl

T: 085 – 48 77 405